Duurzaamheid: Onze ambitie voor 2040 en de weg er naartoe
Een duurzame wereld en het verkleinen van onze ecologische voetafdruk: als woningcorporatie beschouwen we het als onze maatschappelijke opdracht om hier een bijdrage aan te leveren. We hebben immers een verantwoordelijkheid voor de generaties van nu én morgen. Daarom stelden wij in 2018 in afstemming met onze samenwerkingspartners onze duurzaamheidsstrategie Samen verdienen we de toekomst op. Deze diende de afgelopen jaren als vertrekpunt bij onze aanpak. Sindsdien zijn, samen met anderen, al grote stappen gemaakt. Zo'n 2.100 woningen werden in de periode 2019-2023 verbeterd, waarbij circa 18 % van onze eengezinswoningen is voorzien van zonnepanelen. Huurders kunnen tegen een vaste maandelijkse bijdrage door ons zonnepanelen laten plaatsen. En de gemeenschappelijke ruimtes van onze complexen worden voor een groot deel al verlicht door ledlampen. Zo’n 833 woningen beschikken inmiddels over een A+ label of hoger en zijn daarmee ‘toekomst klaar’ geïsoleerd. Maar er zijn ook nog flink wat stappen te zetten.
Duurzaamheid strategisch thema van ons Koersplan
Anno 2024 staat het onderwerp duurzaamheid dan ook onverminderd hoog op onze agenda. En is het opgenomen als een van de strategische thema’s van ons Koersplan 2025-2028. Waarmee we ook willen bijdragen aan de VN-doelen (SDG’s):
Naast de SDG’s zien we ook ESG als trend. ESG staat voor Environment, Social en Governance als raamwerk voor duurzaamheid in brede zin van het woord. In het Koersplan 2025-2028 hebben we opgenomen ESG te verkennen en een eerste ESG-rapportage voor te bereiden.
De veranderingen en ontwikkelingen op dit gebied volgen elkaar razendsnel op. Daarom hielden we onze duurzaamheidsstrategie opnieuw tegen het licht en pasten we deze aan zodat het hier beter bij aansluit. Met hierbij onder meer de klimaatdoelstellingen uit het Klimaatakkoord van Parijs en nationale sectorafspraken voor 2050 op het vizier.
Omdat 2050 nog ver weg is, formuleerden we voor onszelf een paar tussenstappen: Waar willen we staan in 2030 en 2040? Waarbij we er naartoe werken om in 2040 80% van de woningen ‘klaar voor de toekomst’ te hebben.
Elke 2 jaar maken we een tussenbalans op. En stellen we ons de vraag: Moeten er andere keuzes gemaakt worden en/of andere prioriteiten gesteld worden? En is het nodig dan sturen we bij, ook in de wijze waarop we rapporteren over duurzaamheid in brede zin. In elk geval weten we dat de inbedding van relevante ESG thema’s de komende jaren gefaseerd plaats zal vinden.
Brede aanpak, samen met anderen
De keuzes die we nu maken vragen om een andere manier van denken en doen, bouwen en produceren, leven én wonen. Keuzes die we niet alleen maken. Maar samen met anderen, waaronder bewoners, bouw- en onderhoudspartners, leveranciers en de 3 gemeenten in ons werkgebied.
Duurzaamheid benaderen we breder dan alleen (onze bijdrage aan) het voorkomen van verdere klimaatverandering en het daarom fors en snel terugbrengen van de CO2 uitstoot. Hoewel de klimaatverandering is het meest duidelijk is zijn er nog 8 andere planetaire grenzen die voor grote opgaven zorgen, ook van ons. Zo moeten wij als woningcorporatie ook zorg en aandacht besteden aan de beschikbaarheid van zoet water, landgebruik, biodiversiteit en het gebruik van nieuwe niet-natuurlijk af te breken stoffen en biochemische stromen (zoals stikstofkringloop).
Bovendien liggen er ook nog andere opgaven in een wijk of dorp. Bijvoorbeeld op het gebied op veiligheid, leefbaarheid, welzijn en gezondheid. En hoewel we steeds realistisch blijven in wat we wel én wat we niet kunnen doen, denken we steeds vooruit en vanuit een breder perspectief. En zoeken we actief naar haalbare koppelkansen met andere opgaven in de wijk. Bijvoorbeeld op het gebied van veiligheid, leefbaarheid, welzijn en/of gezondheid. Deze nemen we in onze afwegingen en aanpak mee. Door gebruik te maken van de op dat moment beschikbare kennis, kunde en ervaringen, maken we zoveel mogelijk keuzes waar we achteraf geen spijt van hebben.
Wij maken hierbij ook gebruik van innovatiemogelijkheden. En gaan daarbij de komende jaren gericht aan de slag met pilots. Blijkt dat een aanpak werkt, dan passen we dit grootschaliger toe.
We helpen bewoners op weg om stappen te zetten op het gebied van duurzaamheid. Dit doen we door hen te informeren, te enthousiasmeren, te betrekken en te ondersteunen, o.a. door het inzetten van energiecoaches en opzetten van een ambassadeursprogramma. Zodat ze bewust keuzes kunnen maken en daarmee zelf invloed kunnen uitoefenen op hun woonlasten en wooncomfort en een duurzame samenleving. En we met elkaar de energiearmoede terug kunnen te dringen en concreet aan de slag kunnen gaan met vergroening, klimaatadaptatie en biodiversiteit.
Samen gaan we zo stap voor stap naar een duurzamere wereld én vitale wijken en (dorps)kernen waar het fijn, veilig en comfortabel wonen is.
Drie thema's in duurzaamheidsaanpak
Onze doelstellingen op het gebied van duurzaamheid beschrijven we aan de hand van 3 thema’s:
De beoogde doelstellingen binnen deze 3 thema’s staan soms op gespannen voet met elkaar. Maar maatregelen kunnen elkaar ook juist versterken. Het vinden van de meest geschikte materialen en toepassingen is een zoektocht waarbij we kleinschalig experimenteren met nieuwe oplossingen.
1. Energie- en warmtetransitie
Verduurzamen kost veel geld. Geld dat we maar één keer uit kunnen geven. Bovendien is het onmogelijk om al onze woningen ineens aan te pakken en verschilt het per woning wat er (nog) moet gebeuren. We kiezen daarom steeds bewust wat we (al) wel en wat we (nog) niet doen. En houden hierbij voor ogen dat de woonlasten voor onze huurders betaalbaar blijven en we onze middelen doelmatig inzetten. In onze aanpak hierbij anticiperen we alvast op de voorgenomen ideeën van gemeenten, regio, provincie en rijk over de manier waarop de kernen en wijken in ons werkgebied in de toekomst verwarmd gaan worden. Verwachten we bijvoorbeeld dat een wijk of kern in de toekomst vooral elektrisch wordt verwarmd, dan brengen we de woningen eerst naar een hoger isolatieniveau en voorzien we ze waar mogelijk van zonnepanelen en later passende installaties zodat ze van het gas af kunnen. Maar wordt onderzocht of een wijk of kern verwarmd kan worden via een kleinschalig of groter collectief warmtenet dan nemen we deel aan dit onderzoeksproces. En wachten we eerst de uitkomsten hiervan af voordat we verder met de woningen aan de slag gaan.
Ons streven is dat eind 2026 het merendeel van onze woningen, de voor studie of sloop/nieuwbouw benoemde complexen uitgezonderd, minimaal energielabel C heeft. Hiermee gaan we verder en sneller dan de eisen die de overheid eerder aan ons stelde. Bij onze aanpak kiezen we voor slimme oplossingen die het energieverbruik en de CO2-uitstoot verminderen én die passen bij het woongedrag van onze huurders. Dat begint voor ons met goede isolatie van de buitenschil zodat de woningen in de toekomst met een lagere temperatuurverwarming comfortabel kunnen worden verwarmd. En oplossingen om duurzame energie op te wekken (zoals zonnepanelen) of energie te besparen (zoals het gebruik van slimme apparatuur en LED-lampen) voldoende opleveren om het energiegebruik voor verwarmen te compenseren. Daarnaast zetten we ook in op goede voorlichting aan bewoners. Want deze voordelen treden pas op als bewoners de nieuwe installaties zoals warmtepompen op de juiste manier gebruiken, weten welke (duurzaam) gedrag hierbij hoort en in staat zijn zich hieraan aan te passen.
We gaan ook aan de slag met ons bedrijfsmatig, maatschappelijk en zorg onroerend goed (BOG/MOG/ZOG). Ook hierbij zetten we in op het effectief isoleren van de schil zodat ook deze gebouwen van het gas afkunnen. Waarbij we uiteraard rekening houden met wet- en regelgeving die geldt voor het specifieke gebruik van dit vastgoed. Als eerste stap hebben we de huidige energetische prestaties van deze gebouwen in kaart gebracht. De komende periode gebruiken we om van daaruit onze verduurzamingsplannen en aanpak verder te ontwikkelen.
2. Materiaalgebruik en circulariteit
De afgelopen jaren richtten wij onze aanpak bij het verduurzamen van ons vastgoed vooral op het uitvoeren van energiebesparende maatregelen en opwekken van duurzame energie. Dit kwam mede doordat de betaalbaarheid van het wonen voor onze huurders door de inflatie en snel stijgende energieprijzen onder druk kwam te staan. De komende jaren verbreden we onze aanpak, en maken we ook bewuste keuzes in het materiaal dat we gebruiken.
Zo willen we stap voor stap steeds meer circulaire- en biobased bouwmaterialen toepassen. En gaan we aan de slag met het reduceren en recyclen van eindige grondstoffen bij nieuwbouw, onderhoud en renovatie. Op deze terreinen zoeken we actief de koplopers op dit gebied op om van hen te leren. Naast het bijdragen aan minder CO2-reductie heeft dit namelijk veel meer voordelen. Zo is de negatieve impact op het milieu van deze materalen veel lager dan traditionele. Bovendien biedt het een alternatief voor grondstoffen die schaars en duurder worden, en soms uit landen komen met een verhoogd risicoprofiel (zoals China en Rusland) waardoor er steeds strenger wordende regelgeving geldt. Op dit moment is er nog veel meer materiaal nodig dan het herbruikbare materiaal dat nu uit sloop beschikbaar komt. Door ons als vrager van biobased materiaal op te stellen, denken we in elk geval dat het gebruik van biobased materiaal (zoals hout, stro, vlas en hennep) de komende jaren snel aan de aanbodkant zal toenemen.
De komende jaren brengen we in beeld wat nodig is om in 2050 als woningcorporatie volledig circulair te worden. Wat kunnen we zelf doen om onze vraag naar fossiele grondstoffen te verkleinen en de herbruikbaarheid van grondstoffen te vergroten? En welke stappen zijn daarvoor nodig? Zo denken we na over hoe (her)bruikbaar de reststromen bij projecten zijn. En welke materiaal- en ontwerpkeuzes in de toekomst leiden tot gesloten, circulaire kringlopen en minimale emissies.
3. Klimaatadaptatie, biodiversiteit en gezondheid
De effecten van de klimaatverandering op ons leven en onze omgeving zijn duidelijk voelbaar: heftige stormen, extreme piekbuien, hoge waterstanden en lange periodes van droogte en warmte komen steeds vaker voor. Tegelijkertijd neemt de biodiversiteit de laatste jaren juist drastisch af terwijl deze juist zorgt voor schone lucht, fris water, een goede kwaliteit van de bodem en de bestuiving van gewassen. En ons helpt om klimaatverandering te bestrijden, ons aan de gevolgen die al gaande zijn aan te passen en de impact van natuurrampen te beperken. Het is dus van groot belang er met elkaar voor te zorgen dat populaties behouden blijven en waar mogelijk zelfs vergroot worden.
Het afremmen van de klimaatverandering is topprioriteit, maar we ontkomen er niet aan mee te bewegen met de effecten die al gaande zijn. En ons leven én onze woningen aan te passen aan het veranderende klimaat. We gaan de komende jaren daarom ook actief aan de slag met klimaatadaptatie, het versterken van de natuur en het vergroten van de biodiversiteit. Deze onderwerpen hebben een wederzijds versterkend effect. Het is daarom belangrijk ze zowel los als in samenhang te benaderen. Hierbij zien wij een rol voor onszelf maar ook voor anderen. Zo kunnen wij zorgen voor voldoende groen in de algemene buitenruimtes van onze complexen. En de gemeenten vragen om te zorgen voor voldoende groen in de openbare ruimte. Bewoners gaan we meer stimuleren om hun tuin te vergroenen en meer bloemen/planten en bomen voor bestuivers te plaatsen. We werken er, waar mogelijk, ook aan mee als ze hun eigen dak willen vergroenen. En staat open voor initiatieven en out-of-the-box ideeën, zoals de aanleg van buurt(moes)tuinen die door bewoners worden onderhouden.
Voorbeeldrol
Als maatschappelijke organisatie hebben we een voorbeeldrol. Daarom voeren wij onze duurzaamheidsprincipes ook in onze eigen bedrijfsvoering en ons nieuwe kantoor in Oudenbosch door. En helpen we medewerkers om zelf duurzame keuzes te maken.